Help! Er komen mensen eten – welke wijn serveer ik?

Wijn kopen voor een etentje kan voelen als een examen waarvoor je nooit geleerd hebt.
Want tja… welke wijn past bij wat ik kook? Moet rood echt op kamertemperatuur? En hoeveel flessen heb je eigenlijk nodig voor vier mensen?

Geen stress — dit is wijn, geen wiskunde. Met een paar simpele tips maak je een relaxte indruk, zónder dat je hoeft te doen alsof je sommelier bent.

1. De gouden regel: licht bij licht, vol bij vol

Oftewel: hoe zwaarder het eten, hoe steviger de wijn mag zijn.

• Vlees – Ga voor rood, maar houd het luchtig. Denk aan een soepele merlot, pinot noir of tempranillo. Laat die zware, houtgerijpte cabernet even liggen voor een ander moment.

• Vis – Frisse witte wijn is je vriend. Een sauvignon blanc bij witvis, of een chardonnay bij zalm of iets romigs.

• Vega – Kijk naar de smaak van het gerecht. Is het fris (zoals gegrilde groenten of pasta pesto)? Ga voor wit. Iets hartiger (zoals gegrilde aubergine of paddenstoelen)? Dan kan een lichte rode ook prima.

• Salade – Hier mag je lekker eigenwijs zijn. Een droge rosé doet het vaak verrassend goed.

2. Rood in de koelkast (ja, echt!)

De mythe van "kamertemperatuur" stamt uit tijden zonder centrale verwarming. Rood smaakt beter rond 16–18 graden — dus even een kwartiertje in de koelkast is juist slim. Witte wijn mag er weer een beetje uit: ijskoud verdooft de smaak.

3. Hoeveel wijn heb je nodig?

Reken op ongeveer één fles per twee personen als er goed gegeten wordt. Zijn het grote drinkers, of duurt het diner lang? Dan één fles per persoon. Liever iets over dan dat je halverwege het toetje moet roepen: "Wie had er nog een fles staan?"

4. Wat geef je uit per fles?

Je hoeft geen fortuin uit te geven voor iets lekkers.
Tussen de €8 en €12 vind je prima wijnen voor een etentje. Het verschil met goedkopere wijnen zit meestal in balans en diepgang — en in het feit dat je er minder snel hoofdpijn van krijgt.

En echt: loop gerust een wijnhandel of slijterij binnen en zeg dat je iets zoekt onder de tien euro.
Ze kijken je echt niet raar aan — integendeel. Goede wijnverkopers vinden het juist leuk om mee te denken en helpen je met net zoveel enthousiasme aan een lekkere "budgetvriendelijke" fles als aan een dure.

5. En vooral: ontspan.

Je gasten komen voor de gezelligheid, niet voor een wijnproeverij met cijfers en termen. Zet iets lekkers op tafel, schenk met een glimlach en geniet mee. Want de beste wijn is nog altijd die met een goed verhaal — en een goed gezelschap.

"Wijnkenners zijn leuk, maar wijn-genieters zijn gezelliger."

Stephanie – Onder de Kurk Geluk